top of page
Vaccinatie van honden en katten
Wat is vaccineren?
Zoals kinderen gevaccineerd moeten worden tegen bepaalde ziekten, is er ook een aantal besmettelijke en levensbedreigende dierenziekten waartegen onze huisdieren ingeënt kunnen worden. Sommige zijn zeldzaam, andere komen nog regelmatig voor. Vaccinatie heeft echter niet alleen tot doel de individuele gezondheid van het dier te beschermen, want door huisdieren te vaccineren worden ook andere dieren beschermd. Om ernstige virale ziektes onder huisdieren te blijven voorkomen is en blijft een goede vaccinatie dus noodzakelijk. Het vaccin bevat ziekteverwekkers, die dood of verzwakt levend zijn, zodat ze het dier niet écht ziek maken, maar wel zorgen voor de aanmaak van antistoffen. Wordt het dier later besmet met één van deze ziekteverwekkers, dan komen deze afweerstoffen in actie en wordt het dier niet of veel minder ziek. Vooral jonge dieren kunnen zich na de vaccinatie even niet lekker voelen. Dit komt omdat zij vaak nog weinig weerstand hebben. Voor een goede bescherming van uw huisdier is het meestal belangrijk om regelmatig de vaccinatie(s) te herhalen.
Wanneer welke inenting?
Na de geboorte krijgt een huisdier via de moedermelk afweerstoffen binnen tegen de belangrijkste ziekten. Deze afweerstoffen beschermen het dier, maar ze worden langzaam afgebroken. De eerste vaccinatie wordt vaak bij de fokker thuis of, wanneer het nest uit enkele dieren bestaat, in de kliniek gegeven. Een dier krijgt normaliter een Europees dierenpaspoort en kan het beste tevens gechipt worden (bij honden overigens verplicht; lees hier meer over onder chippen). In een Europees dierenpaspoort worden alle gegevens van zowel de eigenaar als het huisdier, het chipnummer, de vaccinaties, de ontwormingen en de resultaten van klinisch onderzoek door de dierenarts genoteerd. Volwassen dieren dienen ieder jaar gevaccineerd te worden. Via een jaarlijkse oproep van de dierenarts wordt u hieraan herinnerd. Wanneer u tussendoor van plan bent uw huisdier mee over de grens te nemen of naar het pension te brengen, dan zijn extra vaccinaties nodig tegen hondsdolheid en/of kennelhoest (zie ook de pagina naar het buitenland).
Vaccineren vóór de voortplanting
Het is aangeraden om zowel teven als poezen, waarbij de vaccinaties verlopen zijn en waarmee men wil fokken, vóór de dekking te laten vaccineren. Teven/poezen met een slechte vaccinatiestatus kunnen namelijk een laag antistofgehalte hebben en daardoor hun pups/kittens via de melk te weinig beschermende antistoffen geven. De pups/kittens kunnen dan al op zeer lage leeftijd, nog voordat ze gevaccineerd kunnen worden, de bescherming van de moeder verliezen, een virusinfectie oplopen en ernstig ziek worden. Vaccinatie van het moederdier voor de dracht zorgt ervoor dat dit extra antistoffen gaat produceren die na de geboorte de pups/kittens langdurig zullen beschermen, waardoor infectie en ziekte op erg jonge leeftijd kan worden voorkomen.
Waarom moet ik mijn huisdier laten vaccineren?
Omdat vaccinatie u de grootste zekerheid geeft dat uw huisdier niet ziek of veel minder ziek wordt door één van de hierna te noemen ernstige ziekten. Bovendien komen de ziekten, door het regelmatig vaccineren, minder vaak voor dan vroeger. Als we zouden stoppen met vaccineren, dan zou een aantal virussen binnen korte tijd weer op grote schaal voorkomen en net als vroeger een bedreiging vormen voor de gezondheid van onze huisdieren.
Hoevaak moet ik mijn huisdier laten inenten?
In de onderstaande verdeling hond en kat vindt u een overzicht van de ziektes waartegen gevaccineerd wordt. Vroeger werden huisdieren frequent ieder jaar gevaccineerd, tegen ziektes, waarvan inmiddels bewezen is dat de bescherming veel langer aanhoudt. Er bestaat tegenwoordig een simpele manier om te controleren of uw hond nog steeds beschermt is tegen de ziekte en met de vaccinatie gewacht kan worden. Dit wordt titerbepaling genoemd.
Met enkele druppels bloed kan de hoeveelheid afweerstoffen die aanwezig is bepaald worden. Voor de hond is de titerbepaling mogelijk voor Rabius (CRV) Parvo (CPV), Hondenziekte (CDV) en Hepatitis (CAV). Voor de kat geldt dit voor Kattenziekte (FPV), Herpes (FHV) en Calici (FCV). Titerbepaling kan een uitkomst zijn in het geval uw huisdier in het verleden een allergische reactie heeft gehad na een vaccinatie, aan de immunosuppressieve medicatie zit (prednison, chemotherapie) of u onnodige vaccinatie wil voorkomen. Voor de zeikte van weil (leptospirose) is er geen titerbepaling mogelijk, deze vaccinatie dient ieder jaar herhaald te worden. De kosten van een titerbepaling verschilt per kliniek. Het schommelt tussen de 45 - 65 euro. De uitslag is binnen een 15 minuten bekend.
Maak hieronder uw keuze voor informatie over het vaccineren van de hond of de kat.
Vaccinatie hond
Vaccinatie kat
bottom of page